Het voelde na een nachtje slapen allemaal zo ‘gewoon’, dat ik de dans ontsprongen was, dat het een dubbeltje op zijn kant was geweest, dat – ondanks dat er iets vreselijk fout ging – alles vlekkeloos scheen te zijn verlopen. Het voelde zo ‘gewoon’ dat ik er nauwelijks iets aan over leek te hebben gehouden. Mijn denkbeeldenstroom deed mijn hersenpan nog steeds overlopen, mijn handen, armen, benen bewogen allemaal de richting op die ik bedacht en dat ik doodmoe was en een beetje stotterde nam ik dan wel voor lief.
Ik pakte daarom mijn mobieltje en beschreef wat ik hoorde, zag en voelde tijdens mijn infarct, een dag eerder. Ik wilde – heel hard – checken of ik ‘ze nog wel allemaal op een rijtje had’. ‘Maar jij hebt ze nog nooit op een rijtje gehad’ gaf een goede vriend me later lachend terug toen ik hem dit verhaal vertelde. Nadat ik mijn schrijfsel een aantal keren had herlezen, sloot ik af met de titel ‘Snullup’. Voor mij was het nu helder, mijn proeve van bekwaamheid was geslaagd, ik was weer helemaal het mannetje, mij mankeerde niks, ik voelde me goed. Tenminste, dat dacht ik….
Signalen in je brein maken geen onderscheid tussen een fysieke ervaring en de gedachte aan die ervaring…. Denk maar eens aan zo’n zuur, geel, rond Napoleon snoepje in zo’n knisterend doorzichtig plastic omhulsel. Je speekselklieren worden al geactiveerd zonder dat je het snoepje in je mond stopt. Je denkt er alleen maar aan, jouw brein volgt een computerprotocolletje.
‘Brain in a vat’ is een filosofisch gedachte-experiment – de film ’the Matrix’ speelt ook met dit fenomeen – waarbij je hersenen op sterk water zijn geplaatst en aangesloten zijn op een computer die jouw werkelijkheid simuleert. Omdat het onmogelijk is om uit te sluiten dat je hersenen niet aangesloten zijn aan een computer, kun je er ook niet van op aan dat je denkt wat je denkt omdat je niet weet of je gedachte ‘waar’ is. Bovendien, hoeveel controle heb je eigenlijk over je gedachten? Hardware, software, mindware.
Na twee dagen mocht ik naar huis. Anderhalve week later werd mijn retraite onderbroken voor een operatie aan mijn slagader. Voor de kerst was ik weer thuis en had alle tijd om na te denken over realiteit, kennis, waarheid en bewustzijn. Zie ik de wereld nog zoals ik die zag?
Maandenlang liep ik met beelden rond dat mij niets mankeerde, dat ik me goed voelde. Af en toe kwamen wel gedachten binnen over mijn denken die mijn beeld van mijn gedachten in een ander perspectief plaatste, maar daar ben je denkbeeldhouwer voor, dat varkentje had ik al vaker gewassen. Eigenlijk daalde het besef, het nieuwe perspectief, pas twee maanden later in. En weer, als een donderslag bij heldere hemel, met een traan, een druppel die de emmer deed overlopen, dat teken van hardleers ervaringsleren. Ik, ego, latent multi talent, ik was ‘out of sync’ met mijn wereld, met mijn werkelijkheid. Ik was erachter gekomen dat de tijd sneller was gaan draaien dan een van mijn kernkwaliteiten, mijn snelheid van denken.
En langzaam zag ik mijn werkelijkheid transformeren.
Ik zag mijn eigen ongeduld, gespiegeld in de ogen van de ober, toen ik mijn eerste biertje wilde bestellen op mijn #BrainsonTour. Waar ik vroeger de betekenis van het woord nooit (er)kende, had hij nu geen geduld voor me, terwijl ik mij alle tijd van de wereld waande. Constant liep ik tegen nieuwe ervaringen op die mijn waarheid van geduld tartten.
Ondertussen is mijn hele wereld van collega’s, vrienden, doktoren en familie liefdevol gaan spiegelen ‘rustig aan – neem de tijd – geduld’. Zo schrijf ik dit nu, mijn derde hoofdstuk (pas) voor #BrainsonTour, op 30 maart, terwijl ik het stuk al 30 keer eerder in mijn hoofd geschreven heb. Ik nam er nog niet de tijd voor. En dat terwijl ik het boek al af had willen hebben. Geduld, het gevoel van falen kan ik maar slecht onderdrukken. Accepteren, voor lief nemen, jezelf liefhebben, nu. Pfffffffff. Dankbaar zijn voor dat wat ik nu schrijf, terwijl ik net dacht dat het nog niet goed genoeg was, dat het nog niet genoeg resoneerde.
Mijn hardware lijkt door het infarct iets aangetast, de bedrading zat waarschijnlijk een beetje los. Misschien dat mijn software daardoor in het begin niet zo soepeltjes draaide. Geluid produceren en tegelijkertijd nadenken over de inhoud, dat ging niet zo goed samen, ik ging hakkelen en stotteren, neurogeen stotteren om precies te zijn. Mijn mindware zoekt nu – in de ruimte van de tijd en tussen de regels typend – een waardige werkelijkheid, een nieuw perspectief voor morgen.
Waarom zit ik dit nu te denken als ik nooit goede redenen kan hebben om te denken wat ik denk aangezien ik niet zeker kan weten of iets waar is? Afgelopen donderdag kreeg ik dit boek in mijn handen gedrukt: Waarom we vrij zijn als we denken. Het zal toch niet waar zijn?
#BrainsonTour, waar mag de reis heengaan?
Dit is het derde verhaal in een serie dat verschijnt onder de titel #BrainsonTour.
Guido, een zeer beangstigend proces dat je op je zeer eigen wijze beschrijft. Met veel moed en relativering. Als ik het lees word ik er zelf bang van. Wat kan je meemaken en hoe worstel je je er in de tijd weer doorheen. Veel succes, de tijd, ach de tijd…Kiki